(Hand)Boek2.0
Omhoog

(Hand)BoekTweePuntNul

Alweer een tijdje geleden – in ICT-termen nog net geen eeuwigheid dus – verschenen onder de groepsnaam (Hand)BoekTweePuntNul twee bijzonder aanbevelenswaardige boeken van een – groot – auteursteam onder leiding van Louis Hilgers en Tessa van Zadelhoff: Sociale media in het onderwijs (€ 14,95) en Web 2.0/Social Media/Webtools (€ 24,95). Beide boeken zijn hun geld zeker waard. Hier het waarom.

Op de gelijknamige project-website www.BoekTweePuntNul.nl wordt gemeld dat BoekTweePuntNul geen uitgeverij is maar “een auteurscollectief waar inmiddels meer dan 200 co-auteurs samenwerken.” BoekTweePuntNul ontstond in 2011 en werd in 2012 fors uitgebreid: het is nu een ruim 400 pagina’s tellend bronnenboek waarin alle 200 co-auteurs een kaleidoskoop presenteren van 200 nuttige, handige en leuke programma’s en apps. De doelgroep is breed: “iedereen tussen 12 en 100 jaar” beweren de auteurs. Voor gebruik in het onderwijs is er een rijke keuze te vinden. Niet onlogisch: de twee kartrekkers en heel wat van de co- auteurs komen uit de onderwijswereld. Naast dit bronnenboek is er in oktober 2012 een veel dunner (ruim 100 pagina’s sterk) maar even interessant HandBoekTweePuntNul gevolgd waarin tien experts artikelen schrijven over de mogelijkheden van sociale media binnen het onderwijs. In de zomer van 2013 is men vervolgens gestart met een aantal uitgaven waarin dieper wordt ingegaan op onderwerpen als publiceren met WordPress, het zelf maken van apps etc. Verschenen is e.e.a. in de loop van 2013. Op de website van het project is de nodige informatie te vinden.

Bronnenboek
Om te beginnen duiken we in het bronnenboek BoekTweePuntNul200. Heel handig is dit boek in combinatie met de gelijknamige website: een inhoudsoverzicht ontbreekt, maar staat wel op de site (Onderwerpen c.q. Categorieën). Maar het willekeurig bladeren alleen is al een genoegen. Alle 200 tools (programma’s en apps, veelal met als voertaal Engels, wat voor leerlingen normaal gesproken geen echt probleem is, gewend als ze zijn aan de combinatie computer en Engels) worden volgens een vast stramien op steeds twee pagina’s (lekker kort dus) voorgesteld - de rubrieken zijn altijd:

 ■ Wat is XYZ en wat kun je ermee: een heel korte beschrijving van wat een programma of app doet en hoe je het bedient;
 
Ontstaansgeschiedenis XYZ: over de ontwikkeling van en de mensen achter een programma of app;
 
Doel XYZ: waarom je zou gaan werken met het betreffende programma of deze app;
 
XYZ weetjes: info over bijvoorbeeld gebruikersaantallen, eventuele kosten van pro-versies etc.;
 Bijzondere XYZ gebruiksmogelijkheden: hier wordt kort aangegeven wat de programma’s of apps aan extra’s bieden en wat de beperkingen ervan zijn;
 XYZ handleiding: verwijzingen naar bijvoorbeeld online handleidingen;
 
XYZ jargon: typische termen die in de betreffende programma’s of apps worden gehanteerd.

Daarnaast worden in aparte kaders een tweetal bijzondere tips voor de inzet van de programma’s of apps gegeven terwijl in een openingskader een wervende of gewoon gekke kreet van de betreffende co-auteur staat. Samengevat: heel helder en duidelijk allemaal – ook voor minder ervaren ICT-gebruik(st)ers.

Een vijftal besproken programma’s en apps wil ik extra noemen, omdat ze zo aardig zijn:

  Flipsnack (p. 98-99): een gratis tool om van een willekeurig pdf-bestand een digitaal bladerboek te maken – www.flipsnack.com.
  Graffiti Creator (p. 138-139): met dit gratis programma kunnen leerlingen printbare graffiti ontwerpen of bijvoorbeeld een logo verzinnen - www.grafitticreator.net.

    

 

Montage (p. 200-201): een eveneens gratis programma om informatie bijeen te brengen uit allerlei (internet-) bronnen en deze te bundelen in een fraai collage-album. Erg leuk en handig bij spreekbeurten etc. maar ook bij het voorbereiden van lessen – http://montage.cloudapp.net.
Picozine (p.226-227): een (Engels- en Nederlandstalige) applicatie om een klein tijdschrift te maken (maximaal 16 pagina’s op A7-formaat), gratis en op jongeren gericht – www.picozone.com / www.picozone.nl.



 
 
Wordfeud (p. 380-381): scrabble op smartphone of tablet – www.wordfeud.com.

Sociale media
Het HandBoekTweePuntNul over Sociale media in het onderwijs heeft een heel andere opzet en is minder direct gebruikers georiënteerd. Het  richt zich tot docenten met interesse in het onderwerp. Het is een bijzonder informatief geheel dat eigenlijk verplichte kost zou moeten zijn voo r bijvoorbeeld studenten aan pabo’s en lerarenopleidingen (2e en 1e graads). En ook voor al zittende docenten lijkt me het een handig boekje om eindelijk eens wat meer zicht te krijgen op fenomenen als Whatsapp – Blogger – Scoopit – Linkedin – Facebook – Tumbler – Memolane – Pinterest – Tweetdeck – Twitter – Foursquare etc. Wees maar eens eerlijk: hoeveel van de hier opgesomde social media kent u? Een paar gebruikt u misschien zelf, maar van de meesten heeft u vast nog niet echt gehoord. Of? Welnu: daar helpt dit tweede boek van Louis Hilgers en Tessa van Zadelhoff en hun 10 co-auteurs u goed op weg. Het is in feite een verdieping op een aantal punten uit het hierboven besproken tool-boek. De driedelige opzet is logisch:

 ■ Achtergronden bij de omgang met sociale media: over o.a. didactiek, vaardigheden en leerkrachtcompetenties;
 ■  Sociale media in de klas: heel handig geordend naar o.a. PO, VO en MBO;
 ■  Sociale media op schoolniveau: kansen, gevaren, hoe scholen op e.e.a. reageren,etc.

Conclusie: maak gebruik van deze ICT-informatiebommen en de bijbehorende website: ze horen m.i. in iedere docentenbibliotheek! De makers zitten bepaald niet stil en hun productie tot nu toe smaakt naar meer!

Terug


© Kees van Eunen stuur een bericht aan het bureau LT